Vlaamse Gebarentaal vs Nederlands

Alles heeft zijn voor- en nadelen. Zo is het ook bij talen. We namen de proef op de som: een battle tussen VGT en NL. Bart (doof) en Jenny (horend) krijgen telkens een situatie waarbij ze moeten communiceren in hun moedertaal. Ontdek hier het resultaat!

Wie kan in een gesloten auto nog met iemand communiceren van buiten?

In Vlaamse Gebarentaal kan dit zonder problemen. Als je gesprekspartner in een andere auto zit, kan je toch communiceren zolang er oogcontact is en de handen zichtbaar zijn. Heel handig om last-minute wegwijzigingen te bespreken met elkaar. In het Nederlands kan dit niet. Je moet al dicht bij elkaar staan en de ramen open doen. Gelukkig kan je tegenwoordig ook bellen met elkaar in de auto.

Wie kan nog communiceren in het donker?

In het Nederlands hoor je elkaar en is licht geen vereiste voor communicatie. Bij Vlaamse Gebarentaal moet je wel licht hebben om elkaars gebaren te kunnen zien. Doofblinden hebben hier iets op gevonden, nl. vierhandengebaren. Hierbij worden de handen tijdens het gebaren losjes vastgehouden. Zo kan men de gebaren voelen. De meeste gebaren zijn op deze manier even duidelijk te voelen als ze kunnen worden gezien. Alleen voor gebaren waarbij het mondbeeld erg belangrijk is, wordt een aangepast gebaar gebruikt.

Wie kan het snelst tellen tot 20?

Dit is afhankelijk van persoon tot persoon. In ons geval ging het in het Nederlands net iets sneller, maar het gebeurt ook regelmatig omgekeerd. Hoe snel men iets kan zeggen, is ook afhankelijk van de inhoud zelf; tellen tot 20, een wegbeschrijving, een omschrijving van een persoon, een verhaal, ... Wie daag jij uit om dit zelf mee uit te testen?

Wie kan nog communiceren met iets in zijn handen?

Bij Nederlands heb je je handen niet nodig voor communicatie. Je kan dus perfect een bak drank vasthebben en verder babbelen. Dit is vaak handig als je iets groots verplaatst met twee personen, bv. een zetel. 'Iets meer naar rechts draaien en dan past hij door de deur hier.' In Vlaamse Gebarentaal heb je wel je handen nodig. Je moet dus datgene wat je in handen hebt, even neerzetten zodat je weer kan gebaren. Als je iets wil verplaatsen, spreek je het dus best op voorhand even af en gebruik je je mimiek om tijdens de verplaatsing iets aan te geven. Veel dingen kan je ook met één hand dragen, bv. een glas. Zo heb je je tweede hand alsnog vrij om te gebaren.

Wie kan nog communiceren in een ruimte met luide muziek?

Voor gebarentaligen maakt dit niets uit. De muziek verhindert hun communicatie niet. De gebaren blijven even duidelijk. Bij gesproken talen, zoals het Nederlands is dit anders. Als er veel geluid is, kan men elkaar niet of moeilijk begrijpen. Je kan in elkaars oor staan schreeuwen, maar gezond is dat niet. Het ideale moment om ook over te schakelen naar gebaren?

Wie kan communiceren van binnen naar buiten?

In de video staat men achter een raam. In VGT kan men zo perfect communiceren, net zoals vanuit een auto. In het Nederlands kan dit niet. Als je heel hard roept, hoort de andere mogelijks van ver wat je zegt, maar voor een optimale communicatie moet je binnen elkaars gehoorveld staan.

Start met onze online cursus Vlaamse Gebarentaal

Met login bekijk je alles op je eigen tempo. Je leert één voor één de gebaren. Geen stress om iets te missen, want het gebaar herhaalt zich tot jij beslist om verder te gaan.

Ga aan de slag met de oefeningen en leer VGT over het thema dat jou interesseert.

Waar wacht je op? 😉